Kippenhouderij op Ameland, en hoe het verder ging
In de agrarische geschiedenis zie je dat er van oudsher kippen gehouden werden. Al stelde dat niet altijd veel voor. Toch was het houden van kippen vaak een waardevolle aanvulling op het verder karige bestaan op het eiland. Al was het alleen maar om de noodzakelijke behoefte aan de voedzame eiwitten die de kippen opleveren. Mijn oma Gerbentje de Jong-Kooiker vertelde wel het verhaal over haar oom Sjapes Dirk (Kooiker). In zijn huishouding was het zo'n grote armoede dat zijn vrouw Duifje 's morgens eerst stond te wachten tot de kippen hun eieren hadden gelegd alvorens ze deze eieren, in het winkeltje van Willem Dieters aan de Strandweg in Buren, kon ruilen voor wat suiker. Dat speelde zo rond 1895.


De hoeder, boer en strandjutter Sjapes Dirk (1859-1942) op zijn erf waar de kippen omscharrelen. 1938.
De 85-jarige oud-Buremer Gerben de Jong vertelde me over de 12 kippen die ze thuis hadden. Zijn broer Antoon kon de kippen hypnotiseren en stil laten zitten op hun stokken. Hij was het ook die de kippen slachtte als ze van de leg waren. Even de bijl erbij en de kop op de paal en klaar. Oude Bep plukte de veren en "sînsde de hin" met een vlam van de petroleumlamp. Als ze mosselen van het wad hadden gehaald, werden de schelpen altijd stuk geslagen en gingen in het kippenhok. Moeder was in die tijd vrijwel jaarlijks zwanger en had dus ook al die tijd borstvoeding te geven. Voor haar waren er veel eieren nodig om op kracht te blijven. De eieren werden geklopt, er werd wat koffie en suiker bij gedaan voor de smaak en dat dronk ze op.

Omstreeks 1850 werden er 1000 kippen en 100 eenden geteld. In 1956 toen de landbouw door verkaveling en landbouwcursussen een nieuw elan kreeg waren er 5300 stuks pluimvee.
In 1922 werd de ABTB opgericht. De Aartsdiocesanen Boeren en Tuinders Bond was een katholieke landbouworganisatie zoals er ook een Christelijke( CBTB ) en een Algemene ( Friese Maatschappij van Landbouw) was. De ABTB richtte een speciale pluimvee afdeling op waarvoor al snel 22 leden zich aanmeldden. Het eerste verzameladres voor de eieren, waar ze ook gestempeld werden, was bij P.D. Molenaar.
Aantal Hoenders in 1947 1953
Hollum 114 85
Ballum 17 39
Nes 586 822 plus 650 kuikens
Buren 131 144
Er waren in 1947 toen drie personen die een behoorlijke hoenderstapel hadden van een paar 100 stuks. Verder had iedere boer enige kippen op de boerderij maar nergens meer dan 25 stuks. Aldus Cyp de Jong in zijn Boerenstand op Ameland (1948).
Het aantal kippen in 1955 was 2750. Vooral in het zomerseizoen konden er veel meer eieren worden verkocht dan de productie voor de veeverbetering bedroeg. Voor vooral kleine bedrijven was uitbreiding in de kippen wel aantrekkelijk. De Streekverbeteringscommissie heeft ter bevordering van de kippenhouderij een viertal kippenhokken geplaatst met een premie van het Streekplan. Het is vooral het Oosteind van het eiland waar de pluimveehouderij is uitgebreid en zo waren op 1 mei 1962 in totaal 7050 kippen op Ameland.
Uit mei-telling overzichten blijkt dat landelijk gezien 1959 zijn hoogtepunt had. Het aantal kippen was in 1964 met 25% gedaald. De opbrengstprijs lag toen op f 9,22 per 100 eieren terwijl de kostprijs lag op 12,1 cent. Per bedrijf lagen de resultaten zeer verschillend wat vooral te maken had met het vakmanschap van de boer. Gemiddeld werd er in Nederland 1650 kippen per bedrijf gehouden. De eierconsumptie lag op 225 per persoon per jaar.










Jantje Blaak in 1947









Samen met het houden van konijnen en sierduiven is het een hobby gebleven. In het kippenhok wat ooit is gebouwd door Jaap fan ut nije huus, verblijven nu al jaren recreanten. Ze hebben daar een daalders plekje.

Bij hun trouwen bouwden ze een huis aan de Strandweg, gebouwd door broer/zwager Paulus Brouwer. Ze kregen samen 14 kinderen. Jacob en Catharina hadden een kruidenierswinkeltje. Met de bakfiets ventte hij zijn boodschappen. Later deden zijn kinderen dat ook wel. Als de kinderen er met de bakfiets op uit waren, maakten ze vaak meer omzet dan vader. Wellicht dat de kinderen wat medelijden opwekten en daarom beter verkochten, aldus zoon Tom. Met 14 kinderen aan tafel waren er heel wat monden te voeden. Er waren 6 geiten. Van de geitenmelk vermengd met wat Brinta er doorheen geklopt, werden de jongste baby's gevoed. Dat ging via een Friese Vlag koffiemelk fles met een speen erop. Moeder was heel kundig om van niets, iets te maken. Ze hebben nooit geen honger gehad.

Het brilletje is niet bedoeld om het zicht te verbeteren, het belemmert dit juist. Kippen kunnen het slachtoffer worden van verenpikkerij, iets wat zelfs tot kannibalisme kan leiden. Het is een uitwas van de instinctmatige behoefte in een groep een rangorde vast te stellen. Door met de pluimveebril het zicht van de vogels te beperken wordt het vrijwel onmogelijk gemaakt andere vogels te beschadigen. Het plaatje is daartoe met een pen door de snavel voor de ogen van de vogel gemonteerd.
gedeelte was van 1733. Dit is eind jaren 30 weggebroken. Het middengedeelte staat er nog. Op de muurankers van het achterste gedeelte stond op de Oostmuur 1810. Links boven de vroegere boerderij van de familie Sinnema. Rechts was het hek naar de Ballumer Mieden. 
























Zo eind jaren 70 gaf Jan Kiewiet aan zijn kinderen te kennen dat hij wilde stoppen met de kippen. Of er iemand belangstelling had. Uiteindelijk zagen Leo en Maria, net getrouwd, er een kans in om op Ameland een bestaan op te bouwen. Maria kon een aanstelling aan school krijgen en Leo zou de kippen voor zijn rekening nemen. Van Leeuwen, de sociaaleconomische voorlichter van de ABTB, raadde het hem ten sterkste af. Toch hebben ze doorgezet.

omgeving. Echter dat was in die tijd helemaal onmogelijk om er dan een boterham aan te verdienen. Niemand wilde dan de prijs betalen die nodig was om er nog iets aan te verdienen. Op het hoogtepunt waren er 4000 kippen. Toen waren er ook geen concurrenten meer en de afzet van de eieren op Ameland was goed. Er werden zelfs duizenden eieren per week van de wal ingekocht. Leo verteld dat ook de verdiensten goed waren. Ze hadden eierendozen met hun eigen naam erop. "Verse Amelander eieren" was de reclame slogan wat stond voor een goede afzet.

geproduceerd worden. Daarnaast was er een strenger mestbeleid van kracht. Ook milieuwetgeving kreeg meer impact. De pluimveehouderij in het dorp verhinderde door afstandscriteria dat huizenbouw in de nabijheid niet meer mogelijk was. Bovendien was er meer aandacht voor dierwelzijn. Zaten er eerst 6 kippen in een hok, later mochten er nog maar 5 en toen nog maar 4. In 2012 werd het huisvestingssysteem van legbatterij kippen definitief verboden. Daarmee kwam ook een einde aan ruim 60 jaar kippen houden aan de Bureweg. De oude antieke eierstempelmachine hebben Leo en Maria bewaard. Het landbouw-juttersmuseum zou er 


.jpg)
.jpg)
.jpg)
.jpg)
%20(1).jpg)
.jpg)
.jpg)
.jpg)



