De toekomst van de Friese streektalen
Op zaterdag 7 oktober vond de studiebijeenkomst Friese streektalen in Oudebildtzijl plaats. Deze bijeenkomst werd georganiseerd door de Fryske Akademy, de Taalunie, de gemeente Het Bildt en provincie Fryslân. Het doel van deze bijeenkomst was over de toekomst van Friese streektalen te spreken, zoals het Amelands, Stadsfries, Bildts, enz. Het rijk en de provincie hebben voor de streektalen nog geen beleid ontwikkeld. Daarvoor werd tijdens de bijeenkomst geïnventariseerd tegen welke problemen en noden de streektalen lopen. Vanuit de hele provincie waren taalgebruikers, organisaties en mensen in het werkveld uitgenodigd die dit voor hun streek konden aangeven. Hun wensen en problemen zijn geïnventariseerd en zullen worden meegenomen voor het ontwikkelen van het beleid voor de streektalen. Welke kansen biedt deze bijeenkomst voor het Amelands? En hoe staat het Amelands er nu voor?
Door Jacob Roep
Streektaalbeleid
Vorig jaar deed de gemeente Het Bildt tevergeefs een verzoek bij minister Plassterk van Binnenlandse Zaken voor erkenning van het Bildts als officiële taal. Daarmee kreeg het Bildts niet dezelfde status als het Fries en Stellingwerfs (Nedersaksisch) die allebei in het Europees Handvest voor regionale talen en talen van minderheden zijn opgenomen. Het Bildts is een mengtaal zo oordeelde de Nederlandse Taalunie en onder die noemer vallen ook de andere Friese streektalen zoals het Amelands. Dit betekent dat het Bildts niet dezelfde bescherming als het Fries krijgt. Wel gaf de Taalunie aan dat er meer onderzoek naar de toekomst van Friese streektalen gedaan moet worden. Daarvoor stelde de Taalunie 10.000 euro beschikbaar. Afgelopen zaterdag werd de eerste stap gezet met de bijeenkomst voor Friese streektalen.
De Fryske Akademy had een gevarieerd programma opgezet, waarbij diverse taalkundigen en beleidsmedewerkers aan het woord kwamen. De opening werd door wethouder Boukje Pol van de gemeente Het Bildt gedaan. Zij vertelde hoe haar gemeente tevergeefs verzoek voor erkenning van het Bildts had gedaan en was blij dat er nu actief naar de wensen en problemen van Friese streektalen wordt geluisterd. Haar gemeente heeft een cultuurnota voor de Bildtse taal en cultuur gemaakt voor de gemeentelijke herindeling van volgend jaar. Dan zal onder meer de gemeente Het Bildt in de gemeente Waadhoeke opgaan. Met de cultuurnota hoopt ze het Bildts “aigene” te beschermen.
“Het uitvoeren van het taalbeleid is een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de gemeente en de provincie”, vertelde Alex Riemersma. Hij adviseert de provincie op het gebied van taalbeleid. “In de praktijk geeft dit soms spanning want wie doet wat. Uiteindelijk is de gemeente de eerste verantwoordelijke”, aldus Riemersma. Soms ligt het initiatief ook bij een actiegroep, zoals in Het Bildt het verzoek tot erkenning ontstond. Het dialectgebruik en behoud is dus voor een belangrijk deel afhankelijk van de wijze waarop een streek met zijn taal omgaat. De overheid kan via het beleid ruimte en kansen bieden voor een streek om de positie van een taal te verbeteren. Het is aan de streek of zij daar gebruik van maakt. Er moet voldoende draagvlak onder de bewoners zijn.
Positie van het Amelands
Riemersma verwees ook naar de streektaalatlas van 2014 waarin de uitkomsten van een grootschalig streektaalonderzoek onder de inwoners van de Friese streektaalgebieden zijn verwerkt. Dit vond plaats in de periode maart tot mei 2014. De streektaalatlas geeft een overzicht van het beheersingsniveau en het gebruik van de streektalen. Op Ameland was de enquête door 296 respondenten ingevuld waarmee de response op 30% lag. Opvallend is dat het Amelands in het dagelijks gebruik, in vergelijking tot andere Friese streektalen, veel gebruikt wordt. Maar liefst 83% van de Amelander respondenten gaf aan dit regelmatig tot altijd te gebruiken. Op Schiermonnikoog is dit maar 22%. Circa 65% van de respondenten gaf aan het Amelands als taal met zijn partner te spreken. Van deze groep sprak ongeveer 70% Amelands tegen zijn kinderen. Dit is natuurlijk een belangrijke indicatie voor het dialectgebruik in de opvoeding. Vorig jaar zijn op de Burgemeester Walda School alle leerlingen over het Amelands geënquêteerd (bekijk de uitkomsten). Daaruit blijkt dat 29% van de leerlingen op school onderling Amelands spreken. In 2002 was dit nog 62%. Dat is een daling van 33% in ongeveer 15 jaar tijd! Dat het Amelands nu relatief veel wordt gebruikt, is dus geen garantie dat dit in de toekomst ook gedaan wordt.
Bron: Friese streektaalatlas (2014), Provincie Fryslân
Wat zou de Amelander gemeenschap kunnen doen om het Amelands onder de jongeren te stimuleren? In het onderwijs zou aandacht aan het Amelands besteed kunnen worden. In het streektaalonderzoek uit 2014 werd aan de respondenten gevraagd of er enige aandacht voor het Amelands in het basisonderwijs moet komen. Op de schaal van 1 tot 5 konden de respondenten dit aangeven. Het gemiddelde was 3,3 en dit betekent dat de meeste respondenten hier positief tegenover staan. De respondenten met kinderen op de basisschool waren iets minder positief (3,1). Op de vraag of het Amelands meer ondersteund of gestimuleerd moet worden, gaf ca. 45% aan dat er geen ondersteuning nodig is. Gegeven de snelle daling van het dialectgebruik onder jongeren op de Burgemeester Walda School is het de vraag of het dialect onder jongeren gestimuleerd moet worden. Deze vraag zou de gemeente zich moeten stellen. In ieder geval gaf de helft van de leerlingen op de Burgemeester Walda School aan het Amelands als schoolvak te willen hebben. Van de andere helft (ook 50%) hoefde dit niet. Overigens wordt op de basisscholen al enige aandacht aan het Amelands gegeven middels het recent gelanceerde heemkundeproject ‘Op avontuur op Ameland’.
Taalpromotie en meertaligheid
Hoe een gemeente of provincie een taalbeleid kan voeren, gaf Abel Darwinkel met een aantal praktijkvoorbeelden uit Drenthe. Hij is streektaalfunctionaris voor het Drents. In Drenthe hebben ze een taalcentrum dat het taalbeleid coördineert. Van daaruit is een netwerk van vrijwilligers (“taalburgemeesters”) in Drenthe opgebouwd die in hun gemeente allerlei activiteiten op het gebied de Drentse taal organiseren. Zo worden er cursussen over het Drents aan volwassenen gegeven. Ook worden schrijfwedstrijden georganiseerd en kunnen mensen stickers op hun raam plakken met de tekst ‘Hier kuj Drents praoten!’. Ook met media wordt samengewerkt om de Drentse taal uit te dragen. Op televisie is een quiz te zien waar allerlei vragen over de Drentse taal worden gesteld. Ook wordt op basisscholen aan kleuters voorgelezen die in het Drents een verhaal vertellen. Deze kleuters krijgen één keer per jaar een gratis tijdschrift over het Drents cadeau. Tot slot wordt vanuit het taalcentrum muziek in het Drents gestimuleerd en hebben ze een website waar bezoekers vragen over het Drents kunnen stellen.
Ook taalkundige Jelske Dijkstra van de Fryske Akademy kwam aan het woord. Zij doet promotieonderzoek naar de taaloverdracht van kinderen thuis en bij de voorschoolse opvang. Uit onderzoek was al bekend dat een meertalige opvoeding positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen heeft. Ze kunnen sneller een taal leren dan volwassenen. Opa’s, oma’s en ouders zouden hun (klein)kinderen kunnen voorlezen in de streektaal. Zo worden nu ook in verschillende streektalen de sprookjes van de gebroeders Grimm vertaald. Dergelijke verhalen kunnen ook op het kinderdagverblijf worden voorgelezen. Om dit te stimuleren zouden gemeentes voorlichtingen aan ouders en leraren over de voordelen van meertaligheid kunnen geven.
Toekomst
Taalkundige Hans van der Velde van de Fryske Akademy is lid van de commissie die de Taalunie adviseert hoe ze met streektalen, ook wel mengvariëteiten genoemd, moeten omgaan. Hij zal van de uitkomsten van de studiebijeenkomst verslag doen. Dit moet op termijn tot een rapport voor het taalbeleid voor de provincie leiden. Volgens hem moet iedere streek zelf aangeven in welke mate zij behoefte aan ondersteuning heeft. Bij de provincie zou een coördinator streektalen aangesteld kunnen worden, zoals dit nu in Drenthe het geval is. Die coördineert en faciliteert de hulp aan de gemeentes. Daarvoor is men ook afhankelijk van vrijwilligers. Alleen materiaal aanleveren is onvoldoende. Een gemeenschap moet er zelf mee aan de slag gaan. Daarbij helpt een stip aan de horizon. Bijvoorbeeld: in 2025 spreekt de helft van de Amelander jongeren Amelands. Met deze eerste bijeenkomst is een stap voor samenwerking gezet. Wellicht komt er een vervolg en leidt dit tot maatregelen die de positie van streektalen in Friesland kan verbeteren.