Hervormde kerk in Ballum

De huidige Hervormde Kerk aan de Van Camminghastraat is niet het eerste kerkgebouw van het dorp. Eerder stond er aan de zuidkant, midden op de huidige begraafplaats een kapel. De kapel was toegewijd aan St. Barbara en hoorde bij de nabijgelegen Jelmerastate (op de plek van het huidige gemeentehuis) van de Heren van Cammingha.

 

De Heren van Cammingha

Het slot werd vermoedelijk aan het begin van de vijftiende eeuw gebouwd. De kapel, die tevens dienst deed als dorpskerk, zal waarschijnlijk uit dezelfde tijd gedateerd hebben. Toen Wijtse van Cammingha in zijn testament verantwoording gaf van zijn beheer over het familievermogen, verklaarde hij ook grote sommen geld besteed te hebben ‘aan de opbouw van de kerk’. Waarschijnlijk doelde hij daarmee op een restauratie van de kapel.

Na zijn dood in 1641 werd hij bijgezet in de grafkelder van de familie voor het altaar van de slotkapel. Deze grafkelder met zeer fraai bewerkte afdeksteen bevindt zich nog steeds, onder het baarhuisje, op de begraafplaats (sleutel op verzoek verkrijgbaar op het gemeentehuis).

 

Kloostermoppen

In 1829 werd het slot met de grond gelijk gemaakt en in 1832 werd de kapel afgebroken. In datzelfde jaar 1832 werd, getuige de gedenksteen boven de ingang, de huidige kerk in gebruik genomen. Kloostermoppen afkomstig uit de afbraak van het slot deden dienst als fundering. Verder werden kansel, lambrisering, doophek en banken uit de oude kapel naar de nieuwe kerk overgebracht. Van dit alles rest ons na een rigoureuze restauratie in de jaren zestig van de twintigste eeuw alleen nog de kansel.

 

Geschiedenis van de kansel

Pronkstuk van de kerk is de prachtig gebeeldhouwde kansel. En zoals dat vaker gebeurd is, zijn er legendarische verhalen Kansel hervormde kerk Ballumverteld over deze kansel. Zo heeft men lang willen beweren dat de kansel gemaakt was door Amelander walvisvaarders, die door het snijwerk hun eindeloos durende reizen wat gekort zouden hebben. Inmiddels weten wij beter en is het eigenlijk een raadsel waar zo’n verhaal vandaan gekomen is.

 

Claes Jelles

De preekstoel werd in 1604 vervaardigd voor de Grote Kerk van Harlingen door Claes Jelles. Onderaan op het deurpaneel kunt u het bewuste jaartal vinden met aan weerszijden de initialen C en J. Hiermee is de kansel van Ballum één van de oudste in ons land waar maker en jaartal van bekend zijn.

 

Deurproblemen

In 1771, toen de Grote Kerk van Harlingen werd afgebroken, kocht substituut-baljuw Wetsens de kansel voor het bedrag van ƒ 33. Waarschijnlijk is hij in de oude kapel niet gebruikt en werd hij zolang in het koor neergezet. De deuren van de kapel waren veel te smal voor deze grote kansel. Daarom had men naast de deur een groot gat moeten maken. Boze tongen beweren dat het jaren heeft geduurd voor men er toe kwam om het gat weer te dichten. Er bestaat overigens nog een andere versie van dit verhaal en wel deze, dat het deurprobleem zich niet bij de oude maar bij de nieuwe kerk voordeed. De architect zou geen rekening hebben gehouden met de afmetingen van de kansel. Aangezien de eerste versie toch wel waarschijnlijker lijkt, zullen we dat verhaal maar voor waar aannemen.

 

Beeldhouwwerk aan de kansel

De kansel is een echt Renaissancestuk. Dat blijkt onder meer uit het schelpmotief dat op alle panelen voorkomt. Dit motief, dat uit de klassieke oudheid overgenomen is, was zeer geliefd bij Renaissancebeeldhouwers. Volgens sommigen symboliseert de schelp de Goddelijke openbaring. Mocht dit in de oudheid zo geweest zijn, in de kerkelijke traditie heeft het motief nauwelijks deze betekenis. Ook de overige versieringen zijn van niet-Bijbelse oorsprong. Voor het merendeel dienen zij slechts om het geheel te verfraaien. Bijzonder is echter het voorpaneel. Onder een baldakijn, gedragen door pilaren zien wij de Bijbel. Op de plaats waar vroeger in de nis een heiligenbeeld geplaatst was, staat nu de Heilige Schrift. Een typisch staaltje van Reformatorische kunst! Ook in de friezen onder de panelen treffen wij enkele christelijke symbolen aan. Zo zien wij onder het middenpaneel een pelikaan die de jongen voedt. Men veronderstelde dat de pelikaan zijn jongen met zijn eigen bloed voedde, als dat nodig was. Dat maakt de pelikaan tot het zinnebeeld voor de opofferende liefde van Christus, die zijn leven gaf voor de zijnen. Onder het linkerpaneel naast de trap staat een adelaar afgebeeld. In het algemeen duidt deze vogel op trots, snelheid en jeugdige kracht. Maar als versiering aan een kansel moeten wij bij de adelaar meer denken aan de liefde en de trouw van God (Ex. 19:4 en Dtr. 32:11).

 

Hoekversiering

Verder zijn de friezen besneden met acanthusornament, halfwezens en draken. De hoekversiering wordt gevormd door Korinthische gecanneleerde pilasters, die rusten op forse consoles waarop 
leeuwenkopjes zijn gesneden. In combinatie met de os, de adelaar en de engel is de leeuw het symbool van de evangelist Marcus. Maar omdat de os en de engel op de kansel ontbreken, moeten wij aan deze leeuwenkoppen geen diepere betekenis geven. Bovendien is deze leeuwenkop ook bekend uit andere meubelstukken uit die tijd. De overige versiering bestaat uit bloemboeketten en bladwerk.

 

Fraai kunstwerk

Al met al vormt de kansel een fraai kunstwerk, maar hij is meer. In de tijd van Claes Jelles zette de Reformatie zich in de noordelijke Nederlanden met kracht door en daarmee groeide het besef dat het Woord in de kerk de centrale positie dient in te nemen. Door omvang en versiering geeft ook deze kansel over de eeuwen heen nog steeds uitdrukking aan dat besef.

 

Het orgel

Het orgel is van een zeer eenvoudig type, een zogenaamd ‘positiefje’, zonder voetpedalen. Het is gebouwd door de firma Vierdag te Enschede en werd geplaatst in 1963 na de renovatie van de kerk. De kosten bedroegen ƒ 12.300.

 

De toren, baken voor de scheepvaart

De toren vlak voor de kerk is geen kerktoren in de eigenlijke zin van het woord. Hij stond er namelijk al veel eerder dan de kerk. Ter vervanging van een houten luidtoren in het jaar 1755 gebouwd, diende deze toren als baken voor de scheepvaart langs Ameland en voor het ophangen van een luidklok die in vroeger tijden de dagindeling aangaf en de belangrijkste gebeurtenissen in het dorps- en familieleven bekend maakte.

 

Franse tijd

In 1870 werd de toren nog eens twee en een halve meter verhoogd door Cornelis Mosterman uit Nes. Boven de deur aan de westkant bevindt zich een steen waarop het vroegere wapen van de Friese Nassau’s te zien was. Maar zoals zovele andere is ook dit wapen er in de Franse tijd afgeslagen.

 

Uit: Rij d’r eens langs! Reisgids langs Amelander Kerken en Zerken door J.H. Strubbe

 

Ontdek alles over Stichting De Ouwe Pôlle

Word vriend van Stichting De Ouwe Pôlle en mis niets meer van de Amelander cultuur!

Word vriend van Stichting 'De Ouwe Pôlle Ameland'. Daarmee steunt u het behoud van het cultuurhistorisch erfgoed op Ameland.

  • Ontvang drie keer per jaar onze magazine Pôllepraat vol verhalen over de Amelander cultuur en geschiedenis
  • Steun onze musea op Ameland: museum Sorgdrager, museum Swartwoude, het bunkermuseum en de cultuurkerk in Nes
  • Met uw bijdrage organiseren wij ieder winter een programma bestaande uit lezingen waaraan u kunt deelnemen
  • Onze stichting heeft een ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling)

<<< Meld je aan als vriend van de Ouwe Pôlle >>>