Holwerders op de Kooiplaats en de Blieke op Ameland

Tjeerd Philippus

Tjeerd is geboren op 8 maart 1750 in Brantgum. Hij huwde voor de eerste keer op 8 juni 1778, weliswaar in de Hervormde kerk van Holwerd, met Janke Jaspers uit dat dorp, maar er staat wel bij vermeld dat hij woonde op de Kooiplaats ten oosten van Buren op het eiland Ameland. Dat hij op Ameland werkte en woonde is verklaarbaar. Zijn jongere zus Froukje was in elk geval al vier jaar eerder op het eiland woonachtig. Zij was namelijk op 15 mei 1774 in de Hervormde kerk van Nes gehuwd met de eilander Barend Paulus Kooy, zoon van kooiker Paulus Hendriks en Janke Syes. Tjeerd zal dus gewerkt hebben als knecht op de boerderij en in de vogelkooi van de schoonfamilie van zijn zuster Froukje. Op het moment van zijn eerste huwelijk is hij weer terug gegaan naar de vaste wal.

Jeike Philippus, de jongste zus van Tjeerd en Froukje, is geboren op 24 augustus 1760 en op 7 september 1760 hervormd gedoopt in Holwerd. Dat zij ook op het eiland terecht is gekomen is te verklaren. In dit geval niet aan de oostkant van het eiland maar in het westelijkste dorp Hollum. Het zal er mee te maken hebben gehad dat haar oudere zus Froukje en zwager Barend met hun gezin in het gehucht De Blieke woonden, ten noordwesten Hollum. Jeike is op 21 januari 1783 met attestatie van Holwerd bij de Hervormde gemeente van Hollum gekomen. Vijf dagen later, op 26 januari, huwde zij in de Hervormde kerk van Hollum met de Doopsgezinde zeeman Jan Jansen Woertman van Hollum. Jeike en Jan mochten niet in zijn kerk trouwen. Dat stonden regels van deze kerk niet toe. Dat kon alleen als beiden belijdend lid waren van deze kerk. Was Jeike wel belijdend lid van de Hervormde kerk van Holwerd? Ik heb het niet kunnen vinden. Was ze geen belijdend lid, dan heeft ze geen attestatie gekregen naar Hollum. Heeft de Hervormde kerk van Holwerd een schriftelijk bericht gestuurd met betrekking tot de ondertrouw van Jeike, bijvoorbeeld een bericht van het eerste gebod?

Jan Jansen Woertman is circa 1754 geboren als zoon van Jan Jans Woertman en Henke (Hinke) Gerrits. Hij is op 13 januari 1782 volwassen gedoopt en heeft toen ook belijdenis gedaan bij de Jan Jacobs gemeente in Hollum. Jan stamt uit een familie van strenge menisten (Doopsgezinden). Dit was de gemeente van de Oude Vlamingen, ook wel de Jan Jacobs-gemeente genoemd naar een voorganger uit Harlingen. Deze stroming werd ‘de fijne menisten’ genoemd. Toen Jeike naar Ameland kwam, bestonden er drie stromingen van dit geloof met zeven Vermaningen (kerken) op het eiland. De minst strenge was de Waterlandse gemeente, ook wel ‘Blauwe Schuurgemeente’ of de ‘grove menisten’ genoemd. Daartussenin zat de Vlaamse hervormde kerk te Hollum Amelandgemeente ook wel de ‘Foppe Ones-’ of ‘Lausoms-gemeente’ genoemd. 
 

Naar verschillende kerken

Op Ameland was en is het soms nog de gewoonte dat als een echtpaar lid was van verschillende kerken, dit na hun huwelijk zo bleef. Ieder zijn eigen kerk en daardoor gingen de kinderen ook naar verschillende kerken toe, al naar gelang naar wiens kant de kinderen genoemd waren. Als de kinderen naar de doopsgezinde kant vernoemd waren, lieten zij zich later volwassen dopen, werden de kinderen naar de hervormde kant vernoemd, dan werden ze als baby gedoopt. Bij Jeike is dit zo niet gegaan. Zij heeft zich op 11 januari 1784 opnieuw laten dopen en heeft belijdenis gedaan bij de kerk van haar man, de Jan Jacobs-gemeente.
 

Memorij van Sorgdrager

Voordat Jeike gedoopt kon worden moesten er eerst enkele problemen de wereld uit geholpen worden. In ‘Memorij’ het dagboek van Cornelis Pieters Sorgdrager (1773-1826) schrijft deze het volgende: ‘Sondag den 14 December 1783  had een Seike Filippus vrouw van Jan Woertman versogt om voorgedragen te worden om gedoopt te werden, maar er ging een gerugt van haar dat zij een kind gehad had in Vriesland, hetwelk zij aldaar dood in haar bed gevonden had, en zij hier na Ameland gevlugt. Derhalven so vonden wij ons beswaart het voor te dragen maar wiert uitgestelt tot aanstaande Sondag.’
 
‘Sondag den 28 dito 1783 Is deze voorgemelde Seike Filippes beneffens meer andere voorgedragen. Museum Sorgdrager Hollum AmelandDeze Seike Filippus haar schoonmoeder Hinke Gerrits had gisteravond bij Jacob Jobs (Leraar en Oudste) aan huijs geweest om te versoeken of sulks niet konde geschieden, sij woude wel een getuig schrift daar sij hier op Ameland getrouwt was, die soude ons diakenen anders ook van haar gevordert hebbe uit naam van ons alle dienaren. Soude niet eerder gedoopt zijn geworden.’
‘Den 1 Januarij 1784 Na middag is dat geschrift van Seijke Filippus de Broederen voorgeleezen welk behelsde dat haar gebooden in Vriesland gedaan waren, en datter niets van Lettinge was gekomen, waar door zij niet zoude mogen Trouwen dog niemant van de broederen hadden daar op tegen.’  ‘Vrijdag den 2 jauarij 1784 sijn de doopelingen verhoort uitgesondert die twee van Nes, door onweder niet gekomen.’ ‘Sondag Den 4 Dito voorbereijding van den doop door Jacob Jobs Text uit Romeij 10 vers 9 en 10 na het singen, de broeders de doopelingen nog eens voorgedragen, en gesegt dat zij de belijdenis onses geloofs hadden aangenomen.’ ‘Sondag Den 11 Dito Sijner 15 Personen hier tot Holm gedoopt door Jacob Jobs te weeten, Harmen Theunis, Hille Jansen, Minne Jansen, Pieter Jobs, Douwe Haijes, Gellof Ades, Antke Ades, Klaaske Jacobs, Seijke Filippus, Neeke Cornelis alle van Holm en Klaas Sipkes, Trijnke Jans en Hendrik IJnsen als knegt van Ballum en dan Rienk Semkes en zijn vrouw Ittje Hendriks van Nes.’ 
Tot zover het schrijven van Cornelis Pieters Sorgdrager met betrekking tot de doop en belijdenis van Jeike Philippus.
 
Bijzonder in het schrijven van Sorgdrager is de tekst: ‘Soude niet eerder gedoopt zijn geworden.’ Was Jeike niet bekend met het feit dat ze als baby al was gedoopt of heeft ze dit gegeven bewust verzwegen? Zus Froukje was op het moment van het dopen van Jeike 10 jaar, zij moet het zich toch herinnerd hebben. Of Froukje was het vergeten, of zij heeft het dopen van zuster Jeike verzwegen. Allemaal vragen waar geen antwoorden meer op komen.
 

Jan Jansen Woertman senior & junior

Van Jan Jansen Woertman sr zijn de  volgende beroepen bekend: zeeman, zeevarende bediende en hoeder (herder). In het ‘Memori Boeck’ schrijft Sorgdrager over Jan de volgende tekst: ‘Dinsdag den 27April 1790 is de hoeder begonnen met hoeden en de Schetter te Schetten  Daar zij 440 beesten voor de hoeder en hij verdient 6½ Stuiver van ijder namentlijk Jan Woertman.’ Het aantal kinderen van Jan en Jeike is moeilijk vast te stellen, omdat ze niet gedoopt werden en als ze jong overleden of als ze jong (circa 12 jaar) naar de vaste wal gingen te werken, waren ze vaak voorgoed buiten beeld.  Wel is bekend dat in 1788 een zoon Gerrit is geboren. Ook is er een zoon Jan geboren. Wanneer is niet na te gaan, omdat hij op Ameland niet gedoopt, gehuwd of overleden is. Uit een bijlage van 1813 van de Militie van Gerrit blijkt dat Jan bestaat, want Gerrit is ook kostwinner voor zijn broer. De beide ouders waren toen niet meer in leven. 
Jan Jans Woertman jr zijn naam wordt op 12 september 1817 genoteerd met de functie van ondertimmerman met een gage van 32 gulden per maand op de monsterrol van het pinkschip ‘April’ onder gezag van kapitein Dirk Cornelis de Groot uit Hollum. De reis ging vanaf de rede van Texel naar Noord-Amerika met aan boord landverhuizers,  emigrantenfamilies uit Zwitserland en Duitsland. Het tijdstip van overlijden van echtgenoot Jan Jansen Woertman van Jeike is niet bekend, maar door wat Sorgdrager in zijn ‘Memorij’ schrijft, ga ik er vanuit dat dit vóór 1798 moet zijn geweest: ‘Sondag 12 Augustus 1798. Na gedane dienst is door ons gesametlijk besloten om Feijke Filippus, Klaaske Jacobs en Claaske Klases het Avontmaal te ontzeggen, de twee Eerste hadden een Onegt kint gehaalt, de Laatste om dat Zij als moeder de saak voor ons ontkent had, en ons te voren gelogen, ja gesworen had, het Zo niet te weesen, waar op Zij in dien Staat is gedoopt geworden.’ Uit bovenstaande tekst blijkt dat het kind niet van Jan Jansen Woertman is geweest. Een en ander betekent dat Jeike al een jaar of zelfs langer weduwe was en toch een kind heeft gebaard. Het was in die tijd de gewoonte dat de moeder dan 25 gulden boete moest betalen aan haar kerk. Hoe het verder met Jeike en haar kerk gegaan is weet ik niet, maar wel dat ze op 26 mei 1808 van Hollum met attest overgegaan is naar de (Doopsgezinde) gemeente te Koog en Zaandijk. Daar is Jeike op 16 augustus 1808 overleden. 
 

Jeike Filippus overleden

In 1804 ging de Foppe Ones-gemeente samen met de Jan Jacobs-gemeente: ‘Namen en getal der Litmaten van Jan Jacobs TEKENING  VAN  MINUUTPLAN  DE  KOOIPLAATS  UIT  1830Gemeente en die van Foppe Ones, ten tijde van hunner vereeniging Zijnde den 2 Februarij 1804’   ‘Holm Jan Jacobs’  ‘Jeike Filippus   Overl.  [1808].‘ Sorgdrager heeft het jaar 1808 en ‘Overl.’ achter haar naam bijgeschreven, maar geen datum genoteerd. Uit de regelmatig bijgehouden teksten van Sorgdrager blijkt verder: 
‘Jeike Filippus  van Holm, thans woonende te Zaandijk, attestatie gepasseerd den 26 Meij 1808 op de gemeente Koog en Zaandijk, was gedoopt den 11 Januarij 1784,’ en uit de door Cornelis Sorgdrager bijgehouden lijst van vertrokken lidmaten: ‘Namen van Ledematen die van ons Jan Jacobs gemeentes met attestatie zijn overgegaan, en mijn Cornelis P. Sorgdrager bewust zijn’ ‘Hemelvaart Christus den 26 Meij 1808. Den Selven dag attestatie afgegeven voor Feijke Phillippus op de gemeente Koog en Zaandijk, was gedoopt Den 11 Januarij 1784’

Vroegste vermelding van de achternaam Hoogstra: Uit de huwelijkse bijlagen van het huwelijk op 25-11-1823 op Ameland van Gerrit Jansen Woertman met de weduwe Aukje Tiemens Tromp: 16 augustus 1823 Certificaat van Overlijden uit het Register van overledenen gemeente Zaandijk, Jeike Hoogstra overleden 16-08-1808. Op 22 september 1823 verklaren zeven getuigen uit Hollum, dat vader Jan Jansen Woertman overleden is in Hollum en moeder Jeyke Hoogstra in Zaandijk en dezelfde dag verklaren vier getuigen uit Hollum: ‘Dewelke bij dezen eenstemmig verklaard en bevestigd hebben dat de vader van de genoemden requiant met name Jan Jansen Woertman van beroep zeeman te Hollum in der tijd gehuwd geweest met Jeike Hoogstra gelijk mede zijne grootouders zoowel van vaders als moeders zijde voor na lange jaren geleden op het Eiland Ameland zijn overleden.’   Op 25 november 1823: ‘Bruidspaar leefde in bekrompen omstandigheden en waren onvermogend.’ In bovenstaande tekst is te lezen dat mondelinge verklaringen niet altijd juist waren. De grootouders van moederskant, Philippus Sijes en Ytje Tjeerds, zijn namelijk niet op het eiland overleden maar aan de vaste wal. 
 

Froukje en Barend op de KooiplaatsZicht op de Kooiplaats Ameland

Froukje Phlippus is in 1750 geboren en op 1 februari 1752 gedoopt in de Hervormde kerk van Holwerd. Wanneer zij precies op het eiland is gekomen, is moeilijk na te gaan. Heeft ze Barend in Holwerd ontmoet toen hij eens met de veerman van Nes de oversteek naar de vaste wal had gemaakt? Of werkte ze al op het eiland en heeft ze zo verkering gekregen met Barend? Ze huwden op 15 mei 1774 in de Hervormde kerk van Nes. Froukje kwam met attest over van de Hervormde kerk van Holwerd op 27 januari 1776. Barend was gedoopt op 16 februari 1774 in de Hervormde kerk van Nes en werd lidmaat van deze gemeente op 20 januari 1773.

Barend stamde uit een familie van kooikers, werkzaam in de ‘Vogelkooi’ en wonende op de Kooiplaats ten oosten van Buren. Zowel zijn grootvader als zijn vader waren van beroep kooiker en gebruikten deze beroepsnaam ook wel als achternaam. Barend had wat meer fantasie wat zijn achternaam betreft. Hij gebruikte als achternaam zowel Kooy, Kooyker, Kooiker en Slot. De achternaam Slot was afkomstig van zijn grootmoeder Grietje Paulus Slot. De eerste drie kinderen van het echtpaar werden gedoopt in Nes.  Janke geboren in 1773 / gedoopt in 1776, Paulus geboren in 1776 / gedoopt in1779 en Ytjen geboren in 1780. Barend kreeg in 1781 voor 1000 gulden pacht het recht van jacht in de Hollumerduinen voor tien jaar en was vanaf dat moment ‘duinmeyer’ van beroep. Het gezin verhuisde daarom naar de westkant van het eiland en ging wonen in een klein boerderijtje in het gehucht De Blieke ten noorden van Hollum.
 
E  KOOIPLAATS  GESCHILDERD  DOOR  J.A. PET
Kooiplaats geschilderd door J.A. Pet
 

Froukje & Barend in de Blieke

Froukje en Barend gingen op 17 februari 1782 van Nes met attest over naar de Hervormde kerk van Hollum. In De Blieke  werden nog zes kinderen geboren en gedoopt in de Hervormde kerk van Hollum. Trijntje geb./ged. 1783, Hendrik geboren in 1785, Seye geboren in 1787,  Jeike geboren in 1789, Grietje geboren in 1791 en Philippes geboren in 1794. Het ligt in de verwachting dat Barend het jachtrecht vanaf 1791 nogmaals voor tien jaar heeft gepacht. De zoons zullen hun vader wel PERCELEN  BOUWGROND  ROND  DE  BLIEKE  BIJ  HOLLUMbehulpzaam zijn geweest met de jacht. In 1802 is Barend in Hollum overleden. Zijn weduwe Froukje bleef met haar kinderen in De Blieke wonen. Tussen 1807 en 1821 trouwden vijf van haar kinderen. 
 
Toen in 1830 het Kadaster op Ameland begon met de registratie van percelen en gebouwen staat bij het Overzicht gebouwd eigendom DE BLIJKE in 1832 Kadastrale gemeente Ballum, sectie B, blad 4: ‘Perceel 236  Kooi, wed. Barend Paulus,  huis/erf, 7.70 are. Ten noorden van haar perceel had het land de naam ‘Frouke Hiem’. Deze naam werd vastgelegd door het Kadaster. Tot op de dag van vandaag wordt deze naam gehandhaafd en gebruikt voor een caravanpark als onderdeel van Recreatiepark Boomhiemke, sinds november 2014 overgenomen door Roompot Vakanties. Met deze nieuwe eigenaar is het afwachten of de naam ‘Frouke Hiem’ blijft bestaan.
 
Aan het eind van haar leven woonde Froukje samen met twee ongetrouwde kinderen, Janke en Hendrik in hun boerderijtje. Op de respectabele leeftijd van 87 jaar overlijdt Froukje op 23 mei 1837 in De Blieke. Het is aannemelijk dat zowel Froukje als haar man Barend in Hollum begraven zijn. Het was in de 19e eeuw een lange reis om in Nes te komen. Er waren geen wegen en geen dijken om het water uit de Waddenzee tegen te houden. Ook ontbraken er op bepaalde plaatsen duinen om het Noordzeewater te keren. En dan was er ook nog de Slenk ten westen van Nes waar men doorheen moest. Dit kon levensgevaarlijk zijn, want er zijn verschillende keren mensen verdronken bij het oversteken. Ooit ben ik één keer de achternaam ‘Hooghiem’ in verband met Froukje tegen gekomen, maar op dit moment kan ik niet vinden in welke bron ik dit gezien heb. Ik heb alle akten (huwelijken, bijlagen en overlijden) van het gezin er op nagelezen, maar daarin komt deze achternaam niet voor, (misschien is het afgeleid van Frouke Hiem?).
 

Seye & Remkje Kooiker

Wat de achternaam Kooiker betreft, die komt op Oost-Ameland veelvuldig voor. Deze naam is een herinnering aan Barend en Froukje. Zoon Seye huwde in 1821 met Remkje Jacobs, een katholieke vrouw uit Buren. Het (katholieke) nageslacht van Seye en Remkje heeft zich tot op het heden verspreid in Nes en Buren, waarvan vele met de achternaam Kooiker en natuurlijk personen met diverse ander achternamen.  Doordat vanaf de tweede helft van de 20e eeuw de gemengde huwelijken tussen protestanten en katholieken in zwang raakten, is er nu ook nageslacht van Seye en Remkje in Ballum en Hollum te vinden. Zonder dat zij weten dat hun voorvader Seye in 1787 ten noorden van Hollum in De Blieke is geboren.
 
Geschreven door Pieter Jan Borsch (www.amelandgenealogie.nl)
 
Uit 'De Sneuper' (nr. 120), ledenblad van de Historische Vereniging NO-Friesland

VRIENDEN WORDEN

Word vriend van Amelander Historie! U ontvangt iedere maand onze historiekrant en krijgt een gratis e-book cadeau! 
 
 
 

Ontdek alles over Stichting De Ouwe Pôlle

Word vriend van Stichting De Ouwe Pôlle en mis niets meer van de Amelander cultuur!

Word vriend van Stichting 'De Ouwe Pôlle Ameland'. Daarmee steunt u het behoud van het cultuurhistorisch erfgoed op Ameland.

  • Ontvang drie keer per jaar onze magazine Pôllepraat vol verhalen over de Amelander cultuur en geschiedenis
  • Steun onze musea op Ameland: museum Sorgdrager, museum Swartwoude, het bunkermuseum en de cultuurkerk in Nes
  • Met uw bijdrage organiseren wij ieder winter een programma bestaande uit lezingen waaraan u kunt deelnemen
  • Onze stichting heeft een ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling)

<<< Meld je aan als vriend van de Ouwe Pôlle >>>